Hoop
 
Het was druk bij de camper van Discovery Channel, afgelopen zaterdag. Veel camera’s, een paar toeristen, een Franse mevrouw die boos wegliep. ‘Die verrekte journalisten laten geen   ruimte.’ Daar had ze helemaal gelijk in.
De dag op straat was in Angoulème zo rond een uur of tien begonnen. De mensen waren uit hun huizen gekomen en buiten gaan staan. Niet lukraak, maar aan het parcours van de tijdrit van de Tour de France. Ze hadden een praatje gemaakt met de buren, de agent, een vreemde. Rond half elf zoemde het overal van de koers. De wedstrijd begon om tien voor half twaalf.
De beroepsrenners die op hun fiets het parcours verkenden, hadden niet veel belangstelling getrokken. Alejandro Valverde kwam kwetterend langs, met een collega uit zijn ploeg Vladimir Karpets leek zijn taak serieuzer op te vatten. Hij fietste alleen en keek een beetje stuurs. Helden van vroeger grepen ook de kans om een stukje over doorslaggevende wegen te trappen. Rolf Sörensen kwam voorbij, Maarten Ducrot. Ze werden door lang niet iedereen toegeroepen.
De mensen van Angoulème waren de hele dag op hun post gebleven. Ze hadden waren zich langzaam maar zeker ook een beetje met de wedstrijd bezig gaan houden. Het was toch wel wat, dat hier voor hun deur werd uitgemaakt wie er met de gele trui naar Parijs zou mogen fietsen. Een Spanjaard of een Australiër, zoals gebruikelijk geen Fransman, maar dat had ze niet zo heel veel uitgemaakt.
 
Goed, de Spanjaard dus.
 
Discovery Channel geeft de Spanjaard brood. Geen wonder dat het druk werd bij de camper. Heel veel cameramensen, enkele schrijvende journalisten en een paar afgezanten van het publiek. Ze vormden een halve cirkel rond de deur van het mobiele onderkomen. Toch was de Spanjaard zelf nergens te bekennen, er was iets anders aan de hand.
In de deur stond een man met een zonnebril op. Een beetje plichtmatig vertelde hij het een en ander. De opwinding kreeg vat op bijna iedereen, maar niet op hem. Twee jongetjes kwamen op het gedrang af. Eén van de twee leek ineens een andere gedaante te krijgen. Overal kabaal, vechtende cameramensen, roepende handtekeningjagers, maar het mannetje boog zich naar zijn vriendje en fluisterde: ‘C’est Armstrong.’
In 2042 zal het jongetje van nu nóg praten over dit moment. Hij zal de koers blijven volgen. Aan de hand van de Tour de France zal hij leren over pijn en moed, heldendom en hoogverraad, waarheid en illusie. En als de Tour dan opnieuw Angoulème aandoet, zal de man van dan, ruimschoots op tijd op straat staan en pochen.

Reacties: info@elshout.nu