Tot morgen

Lance Armstrong in het geel, zijn ploeg ontspannen en superieur, wat een ellende. Het moet allemaal nog beginnen en we zijn alweer klaar. Parijs is nog ver, ja dat zal wel. Maar Lance wint zijn zesde Tour. Alle hooggespannen verwachtingen over een zinderende Ronde van Frankrijk meteen de grond in geboord. En het regent nog ook.

Gisteren die prachtige lach gezien op het gezicht van Armstrong toen hij over de finish reed? Gekeken naar een stralende George Hincapie? Genoteerd hoe de mannen van US Postal nauwelijks getekend waren na hun 64,5 kilometer? Armstrong heeft alles onder controle. Zelfs de buien boven Arras konden zijn goede humeur niet bederven.

Nou kan die regen misschien toch nog wel voor iets goeds zorgen. In 1996, toen de Tour begon in Den Bosch, was het ook een week lang hondenweer. Miguel Indurain kon daar niet zo goed tegen, bleek later. Zijn Spaanse spieren werden er erg stroef van, en toen het erop aankwam kon Indurain Bjarne Riis niet bijhouden. Geen zesde Tour voor Indurain, wel de eerste en enige voor de Deen. Met dank aan de openstaande sluizen. Er is dus nog hoop. Misschien krijgt het water ook nog vat op Lance en verzwakt hij. Hoewel. Armstrong schijnt vanwege zijn opgeloste kanker meer last te hebben van hitte dan van vocht.

Het is natuurlijk niks persoonlijks. Lance mag winnen wat hij wil, het is hem gegund. Maar waarom toch zo snel al? Waarom zo overtuigend? Gun ons, de volgers, tenminste een beetje lol. Laat ons geloven dat Hamilton nog serieus een kans maakt. Houd de illusie in stand van een sportwedstrijd waarin elk moment van alles kan gebeuren. Lance ! ? Are you with me?

Nee, natuurlijk niet. Wat kan hem het schelen. Winnen is winnen.

Parijs is nog ver, ja. Fijn. Waar moeten we dan op hopen? De eerste acht dagen niks. Pas bij de finish bergop in La Mongie valt er weer spektakel te verwachten. Misschien gaan alle klimmers samen daar de aanval openen op Lance. Dat zou dan voor het eerst zijn, maar je moet toch ergens naar uit durven kijken. Misschien krijgt Lance ergens in de bergen een inzinking die hem minuten kost. Dat is nog nooit gebeurd, maar eens moet de eerste keer zijn. Misschien valt hij. Dat hoeft voor mij niet, maar ik kan het ook niet tegenhouden. Misschien, misschien, misschien. Het is hopen tegen beter weten in.

Eigenlijk is het al een feit. Lance pakt nummer zes. Hij heeft het voor elkaar. Zijn vorm is goed, zijn ploeg is goed, zijn hoofd is goed. Alles ligt na de prachtprestatie van gisteren helemaal vast. Tot morgen.