Het is niet leuk meer bij Boeimeer

BREDA – Drie wijzen gaan bekijken hoe het nu verder moet met BSV Boeimeer, de Bredase voetbalvereniging met tachtigduizend gulden schuld en zonder bestuur. En met een diepe kloof dwars door de club.

Het conflict bij Boeimeer speelt tussen twee partijen die een verschillende taal spreken. Aan de ene kant de oude hap die al jarenlang aan de club verknocht is en eerder plat Bredaas praat dan ABN, daar tegenover nieuwkomers uit de Haagse Beemden, onder wie zelfs bovenmoerdijkers. Het gaat bij Boeimeer over het verschil tussen oude bestuursleden die niet zo zwaar tillen aan een kloppende administratie, en nieuwe bestuursleden uit de Haagse Beemden die proberen de financiële wanorde op te lossen. De ‘oude hap’ cirkelt rond de seniorenelftallen, onder de nieuwkomers zijn veel vaders van jeugdspelertjes. De oude Boeimeer­aanhangers treffen elkaar vooral op zondag bij de wedstrijden van het eerste elftal. De ouders van de voetballertjes komen elkaar op zaterdag tegen bij de wedstrijden. De ‘ouwe hap’ drinkt bier in de kantine, de nieuwlichters voelen zich daar niet thuis. Zo zijn er twee Boeimeers die niet veel met elkaar gemeen hebben, langs elkaar heen voetballen, maar uiteindelijk wel samen door één deur moeten. Dat lukt tot nu toe niet best.

„De sfeer is weg bij Boeimer, ’t is niks meer, ze hebben het goed voor elkaar”, zegt Wim Hensen. Hensens zwager Henk Schimanni is aanvoerder van het eerste elftal, maar hij gaat zelf niet vaak meer kijken. Met ‘ze’ bedoelt Hensen de nieuwe bestuursleden. „Ik zie het zo: dat zijn mensen die thuis niks te vertellen hebben en op de club de grote meneer komen uithangen.”

Hensen denkt dat de trubbels zijn begonnen met de verhuizing van BSV Boeimeer naar het huidige onderkomen in de Haagse Beemden, acht jaar geleden. „Op het oude terrein hadden ze tien, twaalf elftallen. In nieuwbouwwijk de Haagse Beemden is de club gegroeid tot zeshonderd leden. Dat kon de penningmeester niet meer aan. Het was geen kwestie van niet willen, maar van niet kunnen. Zo zijn die schulden ontstaan.” De nieuwe bestuursleden, onder aanvoering van voorzitter Frans Kennis, traden in oktober vorig jaar aan. Ze zijn met zijn zevenen en vormen samen met drie vertegenwoordigers van het oude Boeimeer het bestuur. Onder de drie oudgedienden is ook Piet Mol, al 32 jaar lid. ‘Een echt Boeimeer­manneke’, zegt Mol zelf.

De zeven nieuwkomers schrokken zich een hoedje. Tachtigduizend gulden schuld heeft de club; bij de gemeente 32.000 gulden aan achterstallige huur, bij de KNVB nog zo’n tienduizend aan niet afgedragen contributie, bij een enkele drankleverancier tienduizend gulden, bij de belastingdienst circa dertigduizend. In een brief aan alle leden gaf het bestuur in februari openheid van zaken. „Vergoedingen aan de diverse betaalde functionarissen binnen de club werden niet volgens de gangbare regels uitbetaald. De contributie van de laatste twee kwartalen 1997­1998 is niet geïnd; schade circa veertigduizend gulden. Ongeveer 150 leden betalen al geruime tijd geen contributie meer. Tevens ontbreken overeenkomsten met de huidige sponsors. Van de inkomsten uit de sponsorpot is een gebrekkige boekhouding bijgehouden. Kantinebeheer zeer ondoorzichtig, controle praktisch onmogelijk. Van de 600 leden waren maar 243 actuele inschrijfformulieren aanwezig. Daar er weinig zaken aan het papier toevertrouwd zijn, zijn veel mensen goedbedoeld op eigen houtje aan de slag gegaan. De statuten zijn sterk verouderd en voldoen niet meer aan het burgerlijk wetboek en aan de eisen van de KNVB.” En zo somde het bestuur nog wat op. Er zijn al zeker twee jaar geen verplichte jaarvergaderingen meer geweest, het innen van de achterstallige contributie verliep niet vlotjes. „Na een schriftelijke eerste en mondelinge tweede ronde bleek dat ongeveer 150 leden niet van zins zijn alsnog contributie te gaan betalen. Deze leden hebben inmiddels een laatste sommering ontvangen. Bij het alsnog niet betalen zullen deze leden worden geschorst.” De nieuwe bestuursleden schreven een vergadering uit op 4 maart om de toestand van de club toe te lichten aan de leden, maar die bijeenkomst ging niet door. Het nieuwe bestuur durfde het niet aan. „Wij kunnen een ordentelijk verloop niet garanderen, we zijn bang dat de gemoederen te verhit raken.” De zeven nieuwe bestuursleden besloten zich terug te trekken, de drie anderen bleven aan. Ook de jeugdcommissie heeft daarop het bijltje erbij neergegooid. De sfeer in de club is niet erg prettig meer. Een brief van verontruste ouders van jeugdspelers aan de KNVB en de gemeente getuigt daarvan. „Langzaam maar zeker begint ons duidelijk te worden dat er in een sfeer van anarchie binnen deze vereniging geestelijke en wellicht lichamelijke schade wordt toegebracht aan een aantal vrijwilligers dat aan een jarenlang voortdurend wanbeleid een einde wil maken. Ondergetekenden stellen met afgrijzen vast dat een aantal fatsoenlijke, goed gekwalificeerde bestuurders (...) ook persoonlijk de dupe dreigt te worden van geestelijke en lichamelijke intimidatie door een minderheid.” De brief ging vergezeld van 125 handtekeningen.

„Die brief is bewust een beetje dik aangezet”, zegt L. de Graaf die optreedt als zegsman van de ouders. „Er spelen steeds meer persoonlijke vetes. Peter Rovers, een van de zeven teruggetreden bestuursleden, kan zich de laatste tijd niet op de club vertonen. Hij kreeg ook de afgelopen week weer vervelende telefoontjes. Een tijdje geleden kwam er iemand op Rovers af die zei: ‘Als je nu niet stopt maken we dingen uit je privéleven bekend. Het is bij de wilde spinnen af.” Concreet wordt niemand over de bedreigingen aan het adres van de ’nieuwe’ bestuursleden. Wel zegt Rovers: „Als ik dit allemaal had geweten was ik nooit in het bestuur gaan zitten. Ik heb ook nog een gezin.” En sportwethouder H. van Raak van Breda: „Het wantrouwen binnen de club is groot, het is er nogal fors aan toe gegaan.”

De Graaf geeft een kernachtige samenvatting van de toestand bij Boeimeer. „Toen de vereniging in de Haagse Beemden is gaan groeien, bleek dat het bestuur niet met zijn tijd meeging. Vroeger kon je de administratie van een club misschien nog op de achterkant van een sigarendoosje doen, nu niet meer. Het heeft de laatste jaren ontbroken aan eigentijdse bestuurders bij Boeimeer. De oude bestuurders beschouwen Boeimeer nog steeds als hun vereniging, Piet Mol bij voorbeeld is bijna dag en nacht op het terrein. De nieuwkomers uit de Haagse Beemden worden gezien als indringers die de vereniging naar hun hand willen zetten.” Ben Seddek, die zich in deze tumultueuze tijden heeft opgeworpen als spreekbuis van de ‘oude hap’, praat over een machtsstrijd. Seddek, trainer van B1 en B2: „Het gaat om een strijd tussen Piet Mol en Frans Kennis, de voorzitter. Piet Mol is de man die we bijna de vader van Boeimeer kunnen noemen, iemand die geliefd is, gewoon een heel belangrijk man voor de vereniging. Bijna alle oudere spelers hebben hun hele voetballeven al met Mol te maken, hij is al 32 jaar lid van de club. Wij kunnen ons Boeimeer niet voorstellen zonder Piet Mol. Maar de anderen willen zijn hoofd. Ze zijn net een jaar lid en denken dat ze de zaak kunnen overnemen. Maar de meerderheid van de club staat achter ons.”

Het steekt Seddek dat de nieuwe bestuurders met het nieuws over de schuldenlast van de club naar buiten zijn getreden. „Als je een probleem wilt oplossen, ga je de vuile was toch niet buitenhangen?” Een paar weken geleden voorspelde Seddek dat de nieuwlichters zouden gaan proberen de jeugdafdeling van de seniorenafdeling te splitsen. „Ze willen hun eigen vereniging beginnen en ons laten vallen.” Of Seddek profetische gaven heeft of gewoon goed geÏnformeerd was, wie zal het zeggen? Feit is dat de leden van Boeimeer een week na Seddeks uitspraak een brief in de bus kregen waarin de oprichting van SC Haagse Beemden werd aangekondigd, met meteen een aanmeldingsformulier voor kandidaat­leden. Die nieuwe club komt er niet, weet Jan van Mechelen van de gemeente Breda, die zich met het conflict bezighoudt. De gemeente wil die 31.000 gulden wel eens hebben en ziet het bovendien als haar taak om de vereniging in stand te houden. Maar twee voetbalclubs in de Haagse Beemden, dat wordt de gemeente te veel van het goede. Ook al omdat de oprichters van SC Haagse Beemden van plan waren te gaan spelen op de velden van Boeimeer. „En je krijgt niet zo gemakkelijk twee clubs op één terrein, zeker niet onder deze omstandigheden”, zegt Van Mechelen. En KNVB’er Gerrit Scheurwater: „Wie zit daar nou op te wachten, twee verenigingen bij elkaar op de lip?” Scheurwater en Van Mechelen zijn nauw betrokken bij de Boeimeer­besognes en waren beiden verrast over het plan voor een nieuwe club. „Dat zal wel ontstaan zijn uit de voortvarendheid en het enthousiasme van de teruggetreden bestuurders”, oppert Van Mechelen. De laatste stand van zaken is de benoeming van drie wijzen. Afgelopen vrijdag gingen de zeven teruggetreden bestuursleden daarmee akkoord. Piet Mol en zijn twee metgezellen in het bestuur verklaarden al eerder dat ze een stapje terug willen doen om het drietal ruimte te geven. Hoe de wijzen heten mag nog niet bekend worden, ze zijn nog niet officieel uitgenodigd. Wel duidelijk is dat er een afgevaardigde van de KNVB bij zit, een van het Sportpunt Breda en een onafhankelijke. Het drietal moet de hele vereniging op poten gaan zetten. De tot nu toe gevoerde ‘schoendozenadministratie’ moet anders, er moet een doorzichtige structuur komen, jaarvergaderingen, kascommissie, contributie, alles moet goed. Het zevental bestuursleden heeft al een begin gemaakt door te gaan praten met de schuldeisers van de club. „Je schaamde je in die gesprekken soms kapot voor de chaos in de club”, herinnert Rovers zich. „Ja, ze zeggen wel dat ze afspraken hebben met schuldeisers, maar ze hebben nog helemaal niks afbetaald. Die nieuwkomers zeggen dat ze de club willen redden, maar ze hebben nog helemaal niks gedaan”, stelt Ben Seddek daar tegenover.

Hoe dan ook, het moet goedkomen bij Boeimeer. De KNVB en de gemeente houden het spel goed in de gaten, al was het maar vanwege hun directe financiële belangen. „Ze zullen toch een keer de huur moeten gaan betalen”, zegt wethouder Van Raak. De KNVB kan uiteindelijk de hele club uit de competitie nemen, maar aan dat zware middel wordt nog niet serieus gedacht. Zeshonderd voetballers, van wie zo’n 450 jongetjes, kunnen niet zomaar in de kou blijven staan. „Ik hoop dat het goed komt met de nieuwe mensen, het kan ook niet anders. Het belang van de hele Haagse Beemden staat op het spel”, schetst Van Raak. „Gelukkig heb ik bij beide partijen de bereidheid gemerkt om niet alleen naar het eigen gelijk te kijken, al is de argwaan nog wel groot.