‘Het nieuwe wielrennen bestaat niet’

Het nieuwe wielrennen, zonder doping, wielerarts Berend Nikkels moet er hartelijk om lachen. ‘Kom op jongens, dat bestaat niet.’

Berend Nikkels (50) is huisarts in Breda, maar met dat werk haalt hij de media zelden. Nikkels is bekend als de arts die al jaren pleit voor gecontroleerd gebruik van bepaalde dopingmiddelen, epo met name; onder medisch toezicht. Op afstand geeft hij een tiental Nederlandse topsporters advies, meest wielrenners, over hun gebruik van epo en andere middelen. Nee, geen namen van die toppers, medisch beroepsgeheim. Wel laat Nikkels iets los over zijn werkwijze. ‘Ik verstrek geen middelen en dien ze ook niet toe. Dat doen renners zelf, zoals insulinepatiënten zichzelf inspuiten.’
Nikkels kent het milieu van binnenuit. Jarenlang fietste hij zelf. Begin erover en hij veert op. ‘Ik was clubkampioen van De Volharding in Utrecht en wereldkampioen bij de medici, vier keer.’ Hij reed nog eens de tijdrit op het Nederlands Kampioenschap voor clubs met De Volharding. Dat kampioenschap wordt verreden in de vorm van een ploegentijdrit, met destijds in de ploeg van De Volharding ook Maarten Ducrot, de oud-renner die voor de NOS-televisie commentaar levert bij grote wielerwedstrijden.
Ducrot werd wereldkampioen op de honderd kilometer ploegentijdrit, met Frits van Bindsbergen, Gerard Schipper en Gerrit Solleveld, in 1982. Nikkels maakte kennis met het kunnen van Ducrot. ‘Die dag van ons clubkampioenschap reed hij zo ontzettend hard, met wind mee stond er zeventig kilometer per uur op de teller. Gelukkig kreeg net op dat moment iemand van ons een lekke band.’
Een vat vol wieleranekdotes, niet van horen zeggen, maar zelf meegemaakt tussen de wielen, ook dat is Berend Nikkels. Geen man die het wielrennen wil afbreken, integendeel. ‘Ik houd van die sport.’
Toch is Nikkels er de man niet naar om zijn kop in het zand te steken. En over dopinggebruik is hij duidelijk. ‘Het is wel erg naïef om net te doen alsof er geen doping meer wordt gebruikt, kom op. Ik weet dat Maarten Ducrot het vaak heeft over het nieuwe wielrennen, waarmee hij dan bedoelt schoon wielrennen, zonder doping. In mijn ogen is dat een enthousiaste poging om de pr-machine te gebruiken in het voordeel van het wielrennen. Ik steun dat idee wel, maar medisch-technisch kan ik Ducrot geen gelijk geven. In de top van het wielrennen is dopinggebruik eerder regel dan uitzondering, ook nu. Wielrennen zonder doping is illusoir.’
Nikkels denkt dat epo en aanverwante stoffen niet meer weg te denken zijn uit duursport op topniveau. ‘Zonder epo heeft een topsporter geen schijn van kans meer. Je kunt meefietsen zonder epo, maar niet van voren koersen. Als je weet dat dat zo is, kun je wel tegen het gebruik van epo ingaan met je politiepet op, maar dat helpt niet.’
Epo is volgens Nikkels geen gevaarlijk goedje, mits met mate gebruikt. Het verhoogt het gehalte aan rode bloedcellen, die in de vorm van zuurstof brandstof leveren aan de spieren. ‘Epo draagt ook bij aan het herstel van een sporter na zware inspanningen. Je kunt zeggen dat het in een wedstrijd van drie weken als de Tour de France, bijdraagt aan de gezondheid van de renners.’
Een ander verhaal uit Nikkels’ jaren als wielrenner, gebeurd in een kleedkamer, vóór een wedstrijd. De amfetaminen werden los op tafel gegooid in de vorm van zwarte pilletjes. Graaien en pakken, pakken en graaien en de dokter zat erbij. ‘Dat gebeurde wel vaker.’ Nikkels liet de pillen aan zich voorbij gaan en heeft nooit overwogen er iets van te zeggen, in die kleedkamers. ‘Op die momenten was ik daar als wielrenner en niet als arts. Als wielrenner zit je mee in het complot. Ik had ook kunnen denken, ,,wat is dat hier voor een zootje, ik stop ermee.’’ Maar daarvoor ben ik te veel wielerdier.’
Tegelijkertijd ziet Nikkels de bezwaren die kleven aan doping in de wielrennerij. ‘Amfetaminen zijn levensgevaarlijk. Ze lijden tot verslaving en allerlei uitwassen. De drempel in het profpeloton om doping te gebruiken is heel laag. Ik zie soms kamikazegedrag van renners die plat gezegd alles naar binnen kappen wat ze te pakken kunnen krijgen. Je bent in het peloton geen sukkel als je doping gebruikt, je bent pas een sukkel als je betrapt wordt. Door die mentaliteit en subcultuur is het moeilijk iets te veranderen.’
Vandaar Nikkels’ pleidooi voor reguleren. ‘Ik praat eigenlijk op dezelfde manier als een verslavingsarts die onder toezicht methadon verstrekt. In Nederland vinden we dat beter dan repressie. Met repressie druk je het gebruik alleen maar de illegaliteit in en verlies je de controle. Maar de denkbeelden van een Nederlandse verslavingsarts vloeken met het beeld van de gezonde sport. We zitten alleen met het gegeven dat dit soort dingen in de profsport nou eenmaal bestaat. Wie daar niet aan mee wil doen, moet amateur blijven.’

Reacties: info@elshout.nu

terug verder